- Cursus J.H. Newman
- Les 00:Voorwoord
- Les 01: Newmans jeugd en eerste en tweede “bekering” (1801-1827)
- Les 02: Newman in Oriel (1822-1833)
- Les 03: De eerste zes jaren van de Oxfordbeweging (1833-39)
- Les 04: Newman op weg naar de katholieke Kerk (1839-1845)
- Les 05: Bespreking van The Development of Christian Doctrine
- Les 06: De eerste katholieke jaren (1845-1864)
- Les 07: De Apologia en terug naar Oxford (1864-1868)
- Les 08: De rechtvaardiging van het religieuze geloof: De Grammar (1868-1870)
- Les 09: Bespreking van An Essay in Aid of a Grammar of Assent. (Incl. het argument uit het geweten)
- Les 10: De pauselijke onfeilbaarheid (1869-1875)
- Les 11: Newman, de laatste jaren (1875-1890)
- Les 12: Vrouwen in het leven van J.H. Newman
George Spencer: verschil tussen versies
(→Jeugd) |
|||
(7 tussenliggende versies door dezelfde gebruiker niet weergegeven) | |||
Regel 22: | Regel 22: | ||
Ongetwijfeld heeft hij met de eerder vermelde [[John Fletcher]], die in deze jaren een aantal werken over deze materie publiceerde<ref>O.a. ''Thoughts on the Rights and Prerogatives of the Church and State; with some observations upon the question of Catholic Securities'', London, 1823; ''Comparative View of the Grounds of the Catholic and Protestant Churches'', London, 1826 en ''The Difficulties of Protestantism'', London, 1829 (herdruk 1832)</ref>, over deze themata gesproken.<br> | Ongetwijfeld heeft hij met de eerder vermelde [[John Fletcher]], die in deze jaren een aantal werken over deze materie publiceerde<ref>O.a. ''Thoughts on the Rights and Prerogatives of the Church and State; with some observations upon the question of Catholic Securities'', London, 1823; ''Comparative View of the Grounds of the Catholic and Protestant Churches'', London, 1826 en ''The Difficulties of Protestantism'', London, 1829 (herdruk 1832)</ref>, over deze themata gesproken.<br> | ||
Hij ontmoette Fr. William Foley, de katholieke missionaris in Northampton<ref>Deze werkte hier vanaf 1823. In 1825 bouwde hij er de Sint Andreas kapel.</ref> in 1828 en in diens huis leerde hij in de loop van 1829 de bekeerling [[Ambrose Phillipps de Lisle]] kennen die grote invloed zou hebben op zijn eigen bekering. Bij hun eerste ontmoeting spraken [[Ambrose Phillipps de Lisle|de Lisle]] en hij vijf uur over het geloof.<br> | Hij ontmoette Fr. William Foley, de katholieke missionaris in Northampton<ref>Deze werkte hier vanaf 1823. In 1825 bouwde hij er de Sint Andreas kapel.</ref> in 1828 en in diens huis leerde hij in de loop van 1829 de bekeerling [[Ambrose Phillipps de Lisle]] kennen die grote invloed zou hebben op zijn eigen bekering. Bij hun eerste ontmoeting spraken [[Ambrose Phillipps de Lisle|de Lisle]] en hij vijf uur over het geloof.<br> | ||
− | De anonieme brief confronteerde Spencer, behalve met zijn eigen beperkingen, ook met de zwakte van de anglicaanse positie in het algemeen.<ref>Zie o.a. {{sc|Purcell}}, <i>Life and Letters of [[Ambrose Phillipps de Lisle]], edited and finished by Edwin De Lisle</i>, 2 vols., London, 1900, 38-47.</ref> [[Ambrose Phillipps de Lisle|de Lisle]] nodigde hem uit om op maandag 25 januari 1830 naar zijn huis in Garendon Park te komen voor een week vakantie. De dag voor zijn vertrek, op 24 januari, preekte Spencer nog in zijn eigen parochie in Brington. | + | De anonieme brief confronteerde Spencer, behalve met zijn eigen beperkingen, ook met de zwakte van de anglicaanse positie in het algemeen.<ref>Zie o.a. {{sc|Purcell}}, <i>Life and Letters of [[Ambrose Phillipps de Lisle]], edited and finished by Edwin De Lisle</i>, 2 vols., London, 1900, 38-47.</ref> [[Ambrose Phillipps de Lisle|de Lisle]] nodigde hem uit om op maandag 25 januari 1830 naar zijn huis in Garendon Park te komen voor een week vakantie. De dag voor zijn vertrek, op 24 januari, preekte Spencer nog in zijn eigen parochie in Brington. In Garendon Park namen ook anderen, allen protestanten, deel aan de gesprekken o.a. [[Ambrose Phillipps de Lisle|de Lisle]]s vader en Henry Ryder de bisschop van Lichfield ([[Ambrose Phillipps de Lisle|de Lisles]] oom).<br> |
Spencer werd er opnieuw geconfronteerd met hoe zwak de zaak van de Anglicaanse zaak eigenlijk was en hoe overtuigend de argumenten van [[Ambrose Phillipps de Lisle|de Lisle]] waren.<br> | Spencer werd er opnieuw geconfronteerd met hoe zwak de zaak van de Anglicaanse zaak eigenlijk was en hoe overtuigend de argumenten van [[Ambrose Phillipps de Lisle|de Lisle]] waren.<br> | ||
Op 29 januari 1830 de voorlaatste dag van de vakantie zetten zij hun conversatie verder in Hinckley, Leicester bij Fr. Benedict [[Caestryck]], een voor de Fransen gevluchte Belgische Dominicaan. De volgende dag reeds werd hij daar door [[Caestryck]] in de katholieke Kerk opgenomen.<br> | Op 29 januari 1830 de voorlaatste dag van de vakantie zetten zij hun conversatie verder in Hinckley, Leicester bij Fr. Benedict [[Caestryck]], een voor de Fransen gevluchte Belgische Dominicaan. De volgende dag reeds werd hij daar door [[Caestryck]] in de katholieke Kerk opgenomen.<br> | ||
==Rome== | ==Rome== | ||
− | Spencer meldde zich op 2 februari 1830, samen met [[Ambrose Phillipps de Lisle|Ambrose]] bij zijn bisschop [[Thomas Walsh]], toen apostolisch vicaris van het Midland District. Hij gaf te kennen dat hij graag priester wilde worden. De bisschop vond echter dat hij eerst degelijk theologie diende te studeren en zond hem daarop naar Rome naar het Engels College bij [[Wiseman]].<br> | + | Spencer meldde zich op 2 februari 1830, samen met [[Ambrose Phillipps de Lisle|Ambrose de Lisle]] bij zijn bisschop [[Thomas Walsh]], toen apostolisch vicaris van het Midland District. Hij gaf te kennen dat hij graag priester wilde worden. De bisschop vond echter dat hij eerst degelijk theologie diende te studeren en zond hem daarop naar Rome naar het Engels College bij [[Wiseman]].<br> |
− | Tot zijn vertrek naar Rome verbleef Spencer bij [[Caestryck]], die hem behoorlijk onderricht gaf. Hij vertrok op 28 februari 1830 en kwam op 11 maart aan. Hij reisde samen met [[Ambrose Phillipps de Lisle]]. In Parijs ontmoetten zij de bekeerling [[Kenelm Digby]], een studievriend van [[Ambrose Phillipps de Lisle|de Lisle]] uit Cambridge.<br> | + | Tot aan zijn vertrek naar Rome verbleef Spencer bij [[Caestryck]], die hem behoorlijk onderricht gaf. Hij vertrok op 28 februari 1830 en kwam op 11 maart aan. Hij reisde samen met [[Ambrose Phillipps de Lisle|de Lisle]]. In Parijs ontmoetten zij de bekeerling [[Kenelm Digby]], een studievriend van [[Ambrose Phillipps de Lisle|de Lisle]] uit Cambridge.<br> |
− | In Rome trok Spencer m.n. op met rector [[Wiseman]] en vice-rector [[George Errington]]. Hij studeerde bij hen, eerder dan naar de publieke lessen te gaan.<br>In Rome leerde hij | + | In Rome trok Spencer m.n. op met rector [[Wiseman]] en vice-rector [[George Errington]]. Hij studeerde bij hen, eerder dan naar de publieke lessen te gaan.<br>In Rome leerde hij de bekeerling [[Thomas Weld]] kennen die op 15 maart 1830, vier dagen na de aankomst van Spencer, kardinaal gecreëerd werd. |
Spencer was slechts enkele dagen in Rome toen [[Anne Letitia Trelawney|Letitia Trelawney]] hem vroeg om te tolken tussen haar vader [[Harry Trelawney]] en [[Domenico Barberi]]. Zo leerden Spencer en via hem [[Ambrose Phillipps de Lisle|de Lisle]] [[Domenico Barberi]] kennen, met wie zij een blijvende vriendschap sloten. Maandenlang ontmoetten zij mekaar bijna dagelijks in de tuin van de kerk San Giovanni e Paolo op de Monte Coelio. Spencer werd diaken gewijd op 17 december 1831 en priester op 26 mei 1832.<br> | Spencer was slechts enkele dagen in Rome toen [[Anne Letitia Trelawney|Letitia Trelawney]] hem vroeg om te tolken tussen haar vader [[Harry Trelawney]] en [[Domenico Barberi]]. Zo leerden Spencer en via hem [[Ambrose Phillipps de Lisle|de Lisle]] [[Domenico Barberi]] kennen, met wie zij een blijvende vriendschap sloten. Maandenlang ontmoetten zij mekaar bijna dagelijks in de tuin van de kerk San Giovanni e Paolo op de Monte Coelio. Spencer werd diaken gewijd op 17 december 1831 en priester op 26 mei 1832.<br> | ||
Regel 37: | Regel 37: | ||
==Gebed voor de eenheid== | ==Gebed voor de eenheid== | ||
− | In oktober 1838 verbleef hij twee weken in Parijs met [[Ambrose Phillipps de Lisle]]. Tijdens dit verblijf ontstond in samenwerking met de aartsbisschop van Parijs [https://nl.wikipedia.org/wiki/Hyacinthe-Louis_de_Qu%C3%A9len Hyacinthe-Louis de Quélen] (1778-1839) het idee om te beginnen aan een <i>Crusade of Prayer for the Conversion of England</i>. [[Ambrose Phillipps de Lisle]] en hij zetten zich behoorlijk in voor dit initiatief | + | In oktober 1838 verbleef hij twee weken in Parijs met [[Ambrose Phillipps de Lisle]]. Tijdens dit verblijf ontstond in samenwerking met de aartsbisschop van Parijs [https://nl.wikipedia.org/wiki/Hyacinthe-Louis_de_Qu%C3%A9len Hyacinthe-Louis de Quélen] (1778-1839) het idee om te beginnen aan een <i>Crusade of Prayer for the Conversion of England</i>. [[Ambrose Phillipps de Lisle]] en hij zetten zich behoorlijk in voor dit initiatief, dat veel steun vond. Onder de Franse bisschoppen was Mgr. Forbin-Janson (1785-1844) van Nancy hun belangrijkste steun.<ref>Hij bezocht ook [[Charles-Éléonore Dufriche-Desgenettes]] (1799-1860) pastoor van Notre-Dame-des-Victoires die met zijn "Aartsbroederschap van het Onbevlekt Hart van Maria" veel bekeringen wist te bewerken. De broederschap ging vervolgens ook voor de bekering van Engeland bidden.</ref> In Engeland kon de beweging met name op de enthousiaste steun van [[Wiseman]] rekenen. Ook Nederlandse kloosters en seminaries sloten zich bij deze gebedsactie aan.<br> |
− | Vanaf | + | Vanaf die tijd was het gebed voor de eenheid een belangrijk gegeven in zijn werk. Hij was overigens een begenadigd predikant en wist velen tot bekering te brengen. Zijn tijdgenoten waren m.n. onder de indruk van zijn voorbeeldig leven en zijn opmerkelijke gave voor een geestelijk gesprek.<br> |
− | Vanaf mei 1839 was hij geestelijk leidsman van de jongens (ca 140, waarvan 30 (klein)seminaristen) in [[Oscott]]. | + | Vanaf mei 1839 was hij geestelijk leidsman van de jongens (ca 140, waarvan 30 (klein)seminaristen) in [[Oscott]].<ref>Van 18261-1840 was [[Henry Weedall]] president van [[Oscott]].</ref><br> |
− | + | Bisschop [[Augustine Baines|Baines]] zette een behoorlijke domper op zijn werk door publieke gebed voor de eenheid te verbieden in zijn vastenbrief van 24 februari 1840.<ref>Omwille van deze en andere uitspraken in deze vastenbrief werd deze bisschop overigens naar Rome ontboden. Vgl. {{sc|Skinner}}, 232-244.</ref> | |
==Ontmoeting met Newman== | ==Ontmoeting met Newman== | ||
− | Op 8 januari 1840 bezocht Spencer Oxford.<ref>Zie voor uitgewerkte info: {{sc|Skinner}}, 251-274.</ref> De uitnodiging kwam van [[William Palmer of Magdalen]] die in Frankrijk Mrs. Louisa Canning, een nicht en correspondente van Spencer, had ontmoet.<ref>Zij is ook de weldoenster van [[Domenico Barberi|Barberi]] in Boulogne.</ref> In Oxford ontmoette hij die dag Newman en sprak ongeveer een uur met hem in zijn kamer in [[Oriel]]. Toen het gerucht van Spencers aanwezigheid zich verspreidde weigerde Newman vervolgens met hem te dineren in de hall van Magdalen College. In een brief van 9 februari 1840 aan Spencer geeft hij een verklaring van zijn gedrag en in zijn ''Apologia'' in 1864<ref> Apo. 124</ref> maak hij daar nogmaals zijn excuses voor.<br> | + | Op 8 januari 1840 bezocht de katholieke priester Spencer het anglicaanse Oxford.<ref>Zie voor uitgewerkte info: {{sc|Skinner}}, 251-274.</ref> De uitnodiging kwam van [[William Palmer of Magdalen]] die in Frankrijk Mrs. Louisa Canning, een nicht en correspondente van Spencer, had ontmoet.<ref>Zij is ook de weldoenster van [[Domenico Barberi|Barberi]] in Boulogne.</ref> In Oxford ontmoette hij die dag Newman en sprak ongeveer een uur met hem in zijn kamer in [[Oriel]]. Toen het gerucht van Spencers aanwezigheid zich verspreidde weigerde Newman vervolgens met hem te dineren in de hall van Magdalen College. In een brief van 9 februari 1840 aan Spencer geeft hij een verklaring van zijn gedrag en in zijn ''Apologia'' in 1864<ref> Apo. 124</ref> maak hij daar nogmaals zijn excuses voor.<br> |
In hun gesprek verzocht Spencer Newman om zich aan te sluiten bij het gebed voor de eenheid. Immers veel katholieken in Frankrijk, Nederland, enz. baden voor de Anglicanen, m.n. op donderdag. Hij vroeg of de Anglicanen niet hetzelfde zouden willen doen voor de katholieken. Alhoewel Newman dit niet verkeerd vond sloot hij zich toch niet aan bij dit gebed voor “unity in truth”.<br> | In hun gesprek verzocht Spencer Newman om zich aan te sluiten bij het gebed voor de eenheid. Immers veel katholieken in Frankrijk, Nederland, enz. baden voor de Anglicanen, m.n. op donderdag. Hij vroeg of de Anglicanen niet hetzelfde zouden willen doen voor de katholieken. Alhoewel Newman dit niet verkeerd vond sloot hij zich toch niet aan bij dit gebed voor “unity in truth”.<br> | ||
− | Dat deze ontmoeting voor Newman meer | + | Dat deze ontmoeting voor Newman meer was dan de zoveelste vluchtige ontmoeiting blijkt uit het feit dát hij erover schrijft en meer nog wát hij erover schrijft in diverse brieven in de eropvolgende dagen, o.a. aan [[Pusey]], [[Manning]] en [[Frederic Rogers]].<ref>''L.D.'' vii, 203, 205-6, 209-11, 214-5, 228, 233-5, 241-2, 301, enz. en uitgewerkt in: {{sc|Skinner}}, 260-271.<br>Waarschijnlijk ontgaat een 21<sup>ste</sup> eeuwse lezer de impact die van een bezoek in Oxford van iemand van de hoogste adel die katholiek geworden was.</ref> |
In de ''Apologia'' schreef hij later hierover: "So glad in my heart was I to see him (Spencer) when he came to my rooms, ... , that I could have laughed for joy; I think I did; but I was very rude to him, I would not meet him at dinner, and that, (though I did not say so,) because I considered him “in loco apostatae” from the Anglican Church, and I hereby beg his pardon for it." <ref>''Apo.'' 124.</ref> Het is duidelijk dat Newman een hoge dunk van Spencer had. | In de ''Apologia'' schreef hij later hierover: "So glad in my heart was I to see him (Spencer) when he came to my rooms, ... , that I could have laughed for joy; I think I did; but I was very rude to him, I would not meet him at dinner, and that, (though I did not say so,) because I considered him “in loco apostatae” from the Anglican Church, and I hereby beg his pardon for it." <ref>''Apo.'' 124.</ref> Het is duidelijk dat Newman een hoge dunk van Spencer had. | ||
==In Oscott== | ==In Oscott== | ||
Diverse keren kwam Spencers naam voor op de lijst van de priesters die men capabel achtte om bisschop te worden. Op 8 juni 1840 werd [[Wiseman]] bisschop en benoemd als hulpbisschop van [[Thomas Walsh]], de apostolisch vicaris van de Midlands. Tevens werd hij president van [[Oscott]]. In de komende tijd zou [[Oscott]] een plaats van grote betekenis en activiteit in de Engelse katholieke kerk worden.<ref>[[Henry Weedall]], president van [[Oscott]] vertrok. Hij was benoemd als bisschop voor het Northren District, maar wist Rome te bewegen deze benoeming in te trekken. In 1853 keerde hij terug toen Oscott een moeilijke periode kende. Hij bleef tot zijn dood in 1859.</ref><br> | Diverse keren kwam Spencers naam voor op de lijst van de priesters die men capabel achtte om bisschop te worden. Op 8 juni 1840 werd [[Wiseman]] bisschop en benoemd als hulpbisschop van [[Thomas Walsh]], de apostolisch vicaris van de Midlands. Tevens werd hij president van [[Oscott]]. In de komende tijd zou [[Oscott]] een plaats van grote betekenis en activiteit in de Engelse katholieke kerk worden.<ref>[[Henry Weedall]], president van [[Oscott]] vertrok. Hij was benoemd als bisschop voor het Northren District, maar wist Rome te bewegen deze benoeming in te trekken. In 1853 keerde hij terug toen Oscott een moeilijke periode kende. Hij bleef tot zijn dood in 1859.</ref><br> | ||
− | Op 7 oktober 1841 kwam Spencers | + | Op 7 oktober 1841 kwam Spencers vriend, de passionist [[Domenico Barberi]], met een Ierse medebroeder Amadeo McBride naar [[Oscott]]. Zij verbleven er tot 17 februari 1842 toen ze hun nieuw klooster in Aston Hall, bij Stone in Staffordshire betrokken. <br> |
− | In juli 1842 reisde Spencer naar Ierland met de bedoeling geld in te zamelen voor een nieuw te stichten [[mission|missie]] in Cambridge. Omdat de Ierse bisschoppen dit niet steunden trok hij rond om steun te vinden voor het gebed voor de bekering van Engeland. Tot zijn niet geringe verbazing werd hij in deze krachtig en van harte gesteund door aartsbisschop McHale (1791-1881), de aartsbisschop van Tuam, en man die bekend stond | + | In juli 1842 reisde Spencer naar Ierland met de bedoeling geld in te zamelen voor een nieuw te stichten [[mission|missie]] in Cambridge. Omdat de Ierse bisschoppen dit niet steunden trok hij rond om steun te vinden voor het gebed voor de bekering van Engeland. Tot zijn niet geringe verbazing werd hij in deze krachtig en van harte gesteund door aartsbisschop McHale (1791-1881), de aartsbisschop van Tuam, en man die bekend stond als anti-Engels. Hij nodigde Spencer zelfs uit om hierover te preken.<br> |
− | Hij ontmoette in Ierland Fr. [[Theobold Mathew]] (1790-1856) alom bekend vanwege zijn actie ter bevordering van geheelonthouding (begonnen in april 1838), ter bestrijding van de enorme drankzucht in Ierland. Wie tot de "Cork Total Abstinence Society" wilde toetreden moest beloven nooit nog een druppel alcohol aan te raken. Deze belofte werd bekend als "The Pledge". In 1845 hadden drie miljoen Ieren de "Pledge" afgelegd, dat is meer dan de helft van de | + | Hij ontmoette in Ierland Fr. [[Theobold Mathew]] (1790-1856) alom bekend vanwege zijn actie ter bevordering van geheelonthouding (begonnen in april 1838), ter bestrijding van de enorme drankzucht in Ierland. Wie tot de "Cork Total Abstinence Society" wilde toetreden moest beloven nooit nog een druppel alcohol aan te raken. Deze belofte werd bekend als "The Pledge". In 1845 hadden drie miljoen Ieren de "Pledge" afgelegd, dat is meer dan de helft van de volwassen bevolking. Ook Spencer legde deze belofte af en zou in de loop van zijn eigen toekomstige missies meer dan 60 duizend keer de belofte afnemen. Het effect van dit werk was dat de misdaadcijfers in Ierland zo goed als halveerden tussen 1839 en 1846.<ref>{{sc|Skinner}} 290.</ref> |
==Rondreis op het continent== | ==Rondreis op het continent== | ||
Regel 61: | Regel 61: | ||
==Terug in Oscott== | ==Terug in Oscott== | ||
Kennelijk is hij op 17 oktober 1844 terug in [[Oscott]]. In september 1845 schreef Spencer weer naar Newman. Dit was kort voor diens bekering op 9 oktober 1845. Het was gedeeltelijk een excuse waarom hij niet op een brief van Newman - die hij overigens niet ontvangen had - geantwoord had. Hij schreef in deze brief ook dat hij Newmans weigering om hem publiek te ontvangen niet als een belediging had opgevat, en dat hij snapte dat dit voortkwam uit Newmans principes.<br> | Kennelijk is hij op 17 oktober 1844 terug in [[Oscott]]. In september 1845 schreef Spencer weer naar Newman. Dit was kort voor diens bekering op 9 oktober 1845. Het was gedeeltelijk een excuse waarom hij niet op een brief van Newman - die hij overigens niet ontvangen had - geantwoord had. Hij schreef in deze brief ook dat hij Newmans weigering om hem publiek te ontvangen niet als een belediging had opgevat, en dat hij snapte dat dit voortkwam uit Newmans principes.<br> | ||
− | De pasbekeerde Newman kwam op vrijdag 31 oktober | + | De pasbekeerde Newman kwam op vrijdag 31 oktober in [[Oscott]] aan en biechtte bij Spencer. De volgende dag ontving hij daar samen met [[Frederick Oakeley]] en twee anderen het vormsel uit handen van [[Wiseman]]. In de eropvolgende tijd verbleef Newman meestal in [[Oscott]].<br> |
De kwaliteit van de opleiding in [[Oscott]] liet in deze periode onder [[Wiseman]],<ref>Zoals vermeld vanaf 1840 tot 1853 was [[Henry Weedall]] geen president.</ref> die continu afwezig was veel te wensen over.<br> | De kwaliteit van de opleiding in [[Oscott]] liet in deze periode onder [[Wiseman]],<ref>Zoals vermeld vanaf 1840 tot 1853 was [[Henry Weedall]] geen president.</ref> die continu afwezig was veel te wensen over.<br> | ||
Versie van 7 jan 2024 10:07
|