De verborgen Christenen van Nagasaki: verschil tussen versies
Regel 8: | Regel 8: | ||
Op 17 maart 1865 ontdekte hij de eerste groep van oud-Christenen of Kakure Kirishitan (=verborgen Christenen). | Op 17 maart 1865 ontdekte hij de eerste groep van oud-Christenen of Kakure Kirishitan (=verborgen Christenen). | ||
====De ontdekking van de verborgen Christenen==== | ====De ontdekking van de verborgen Christenen==== | ||
− | Deze ontdekking ging als volgt. | + | Deze ontdekking ging als volgt. Het nieuwe Europse kerkgebouw trok behoorlijk de aandacht. Pater Petitjean gaf daarp, vaak rondleidingen aan belangstellenden. Reeds tijdens de bouw van de kerk in 1865 werd hij voortdurend gevolgd door een paar mannen. De kruisen, beelden enz. hadden kennelijk hun aandacht getrokken. Na een paar weken spraken deze hem aan omdat ook zij de kerk wel eens wilden bezoeken. Tijdens de rondleiding van een groep van vijftien mensen maakten dezen zich bekend als katholieken. Hij was totaal verrast, want niemand had er ook maar één Christen in Japan verwacht en Christen-zijn was er nog altijd strafbaar.<br> |
Enkele dagen later reeds vierden wel 1500 van deze katholieken in het geheim de diensten van Witte Donderdag en Goede Vrijdag. Deze Christenen kwamen uit Urakami, een vallei anderhalve kilometer naar het noorden. Op de eilanden rondom dit gebied (in de buurt van Nagasaki) leefden naar schatting tussen de 20 en 50.000 katholieken. Op dat moment was het voor hen toen nog levensgevaarlijk zich bekend te maken. Men noemde deze groep de <i>Kakure Kirishitan</i> (=verborgen Christenen) en later de <i>Mukashi Kirishitan</i> (de oude Christenen). Ook in een aantal landelijke gebieden van Kyushu bleken er Christenen te wonen.<br> | Enkele dagen later reeds vierden wel 1500 van deze katholieken in het geheim de diensten van Witte Donderdag en Goede Vrijdag. Deze Christenen kwamen uit Urakami, een vallei anderhalve kilometer naar het noorden. Op de eilanden rondom dit gebied (in de buurt van Nagasaki) leefden naar schatting tussen de 20 en 50.000 katholieken. Op dat moment was het voor hen toen nog levensgevaarlijk zich bekend te maken. Men noemde deze groep de <i>Kakure Kirishitan</i> (=verborgen Christenen) en later de <i>Mukashi Kirishitan</i> (de oude Christenen). Ook in een aantal landelijke gebieden van Kyushu bleken er Christenen te wonen.<br> | ||
De mannen die pater Petitjean geschaduwd hadden, hadden dat gedaan om er zich van te vergewissen dat hij inderdaad een katholiek priester was. De “zwarte paters”, ofwel de Jezuïeten die als eersten Japan gemissioneerd hadden, hadden bij hun gedwongen vertrek uit Japan in 1614 de Christenen op het hart gedrukt dat ze terug zouden komen. Zij hadden bij hun vertrek aangegeven waaraan zij te herkennen zouden zijn: ''de verering van Maria, het vieren van de Eucharistie, het celibaat van de priesters en de band met Rome''. Verder spraken zij over kerstmis en vasten. Op grond hiervan hadden deze mannen geen toenadering gezocht tot protestantse zendelingen die al eerder in Japan waren doorgedrongen. | De mannen die pater Petitjean geschaduwd hadden, hadden dat gedaan om er zich van te vergewissen dat hij inderdaad een katholiek priester was. De “zwarte paters”, ofwel de Jezuïeten die als eersten Japan gemissioneerd hadden, hadden bij hun gedwongen vertrek uit Japan in 1614 de Christenen op het hart gedrukt dat ze terug zouden komen. Zij hadden bij hun vertrek aangegeven waaraan zij te herkennen zouden zijn: ''de verering van Maria, het vieren van de Eucharistie, het celibaat van de priesters en de band met Rome''. Verder spraken zij over kerstmis en vasten. Op grond hiervan hadden deze mannen geen toenadering gezocht tot protestantse zendelingen die al eerder in Japan waren doorgedrongen. |
Versie van 10 jan 2024 09:00
1 Een wonderlijke geschiedenisEen van de wonderlijkste gebeurtenissen in de geschiedenis van de missie is de terugvinding van de groep verborgen Christenen te Kyushu (Japan). 2 Pater PetitjeanNog vóór de officiële openstelling van Japan waagden enkele missionarissen zich in het land, onder hen de Franse pater Bernard-Thadéé Petitjean (1829-1884) van de Société des Missions Etrangères. Deze was in 1853 priester gewijd en in 1860 naar Japan vertokken, waar hij de taal leerde, leraar Frans werd en een kerk bouwde in Oura (Nagasaki). Deze kerk was toegewijd aan 26 Japanse martelaren. 2.1 De ontdekking van de verborgen ChristenenDeze ontdekking ging als volgt. Het nieuwe Europse kerkgebouw trok behoorlijk de aandacht. Pater Petitjean gaf daarp, vaak rondleidingen aan belangstellenden. Reeds tijdens de bouw van de kerk in 1865 werd hij voortdurend gevolgd door een paar mannen. De kruisen, beelden enz. hadden kennelijk hun aandacht getrokken. Na een paar weken spraken deze hem aan omdat ook zij de kerk wel eens wilden bezoeken. Tijdens de rondleiding van een groep van vijftien mensen maakten dezen zich bekend als katholieken. Hij was totaal verrast, want niemand had er ook maar één Christen in Japan verwacht en Christen-zijn was er nog altijd strafbaar. 3 Hun achtergrondMeer dan 250 jaar hadden deze katholieken hun geloof trouw bewaard. De enige sacramenten die zij zonder priesters konden vieren waren doopsel en huwelijk. Al deze Christenen kenden de normale gebeden van de kerk en het Salve Regina. Ze hechtten bijzonder veel belang aan een oefening van berouw omdat er geen priesters waren. Ze kenden ook gebed en versterving. Op vastendagen aten ze slechts één maaltijd bij zonsondergang. Ze kenden “leiders” en “dopers”, de dopers doopten en de leiders riepen de mensen op zondag op voor gezamenlijk gebed.
4 Bron
Er is een historische roman die hun geschiedenis beschrijft m.n. de missie en vervolging voorafgaand aan de herontdekking in 1865. |